woensdag 19 februari 2014

Uitgeklaard wolkendek

Voor mijn stiltes excuseer ik me al lang niet meer.
Dingen komen en dingen gaan, zolang ik maar weet dat ze terugkomen.

Bijna 8 weken stilte, waarvan ik er 6 hard-hard werkte.
Zo hard, dat ik zaagde en klaagde, mopperde en sakkerde, dagen en nachten door deed, hoofdpijn had en keelpijn kreeg. Dat ik in heel mijn leven nog nooit zo hard gewerkt heb en al! Dergelijke uitspraken. Maar ook 6 weken waarin ik de interessantste dingen las, het plezier van (professioneel) schrijven herontdekte, beter wist wat ik wou en veel-veel hulp kreeg. Verbeterrondes, suggesties op alle vlak, voorzichtige aanfluitingen maar ook bloemkool in kaassaus.
En daarna 2 weken van niet goed weten wat gedaan, nog eens overdenken en piekeren en een soort uitgestelde en langgerekte opluchting die meer tijd vroeg dan verwacht.

En toch, los van dat alles, begon alles misschien met een oud mannetje met een wollen broek aan.



Ik fietste huiswaarts. Mijn boodschappenlijst was niet omvangrijk geweest, de rijen aan de kassa vielen mee, de winterzon scheen. Die avond zouden ik en iedereen oudejaar vieren. Op mijn hoofd de koptelefoon, uit de boxen Elbow. Ik fietste verder. Ik dacht aan de knolselderpuree die ik zou maken.

Exact vijf straten voor de mijne, stofte een oude man zijn rolluik af, met zo een klein handborsteltje. Hij stond op een drietrapsladdertje en had een grijze wollen broek aan. Hij stofte met een grote secuurheid en vanuit een noodzaak, zo leek het. Voor hem was er niets behalve de ideale winterzon die het stof deed glimmen en zijn borsteltje dat daar komaf mee maakte. 
En toen voelde ik het. Grote, dikke tranen over mijn kaken. 
Net als in de films, bereikte Elbows lied net zijn hoogtepunt.

Er was geen oorzaak en geen reden, maar het hield niet meer op. Ik stampte puree, bakte taartbodems af, schikte kunstig preischeuten bovenop en ondertussen moest ik keer op keer een zakdoek zoeken. Het leek eender welk lied er passeerde, het volstond voor verse tranen.



(Ok, die trekt er wat aan, maar het spijtige is dat het toch altijd werkt)

Bijna een week lang klonk de echo van dat onverklaarbaar uithuilen. Ik wist niet waarin verlichting te vinden was; er was immers weinig bezwarends. Dus zocht ik niet en wachtte gewoon af. Ik trachtte gewoon verder te doen, vroeg mij af en wist niet wat er over te zeggen.

Een week later trok de mist op, even snel en spontaan als hij was gekomen. In een gewoon café, met vaste vrienden die niets bijzonders zeiden of deden. Hun vertrouwde verhalen en grappen sloegen het wolkendek plots in ontelbaar kleine stukjes, die met het laatste drankje plots allemaal waren doorgespoeld. Zo eenvoudig, hop, weg.
Ik wist opnieuw niet wat te zeggen en wist amper mijn opluchting te verbergen.
Ik vroeg mij niet meer af. Eindelijk gewoon verder doen.
En voor de zekerheid niet meer langs het mannetje met de wollen broek passeren. 

11 opmerkingen:

Mijke zei

Ik ken u niet, maar voor de mooie woorden en uzelf..

<3

Cornelia Leeuwenhart zei

Zo gaat dat soms.

Lynn zei

Altijd de moeite waard om hier te komen lezen. Blijven schrijven.

Oon zei

Ja, zo gaat dat hier ook.
Dat is het leven, jong. Het pakt u op de meest onverwachte momenten.
xxx

mamielou zei

Mooi en heel herkenbaar!

Timemimi 當代迷你倉 zei

出租柴灣儲存庫訂倉葵興文件櫃獨立主機托管免費獨立主機託管便宜九龍儲存庫idc註冊協議

.tonBouton. zei

Het alledaagse verhaal in een gouden winterzonnetje.

Unknown zei

Life just happens sometimes.
Blij dat de mist is opgeklaard!

Juffrouw Sanseveria zei

Ik heb dat minstens één keer per jaar: een bleitdag of dagen. Gewoon.
Ik vind dat dat deugd doet.

Kaasmuis zei

dikke knuffel!!

de Oontand zei

o ja, alledaags. Soms letterlijk. Vooral een winters fenomeen, dat ook. En de remedie, ook bij mij: dat van die vrienden, heel gewoon. Courage!